Lieve lezer,
Ik heb de ietwat dubieuze eer om de eerste nieuwsbrief van 2025 te mogen schrijven. Dubieus want ik ben niet uiterst positief over het komende jaar. Wellicht jullie ook niet.
Het is moeilijk om optimistisch te blijven in een wereld waarin Mark Rutte secretaris-generaal van de NAVO is, een wereld waarin klimaatcatastrofe orde van de dag is, waarin de genocide in Gaza nog steeds toegelaten wordt. We staan voor de zoveelste keer in korte tijd voor een eng nieuw bestaan.
Die angst voel ik. Ik voelde het ook ten tijde van mijn vorige nieuwsbrief, in de lente van 2024. Maar wat ik in mijn vorige nieuwsbrief niet kon duiden en nu wel is dat ik naast die angst ook iets anders ervaar. Namelijk, diepe onbeperkte rouw. Rouw voor de wereld die we vernietigen, voor de levens die we niet als waardevol beschouwen, menselijk of anderszins.
De reden dat ik dit hiervoor niet kon duiden is omdat ik bang was voor rouw. Ik vreesde het. Als een kind van oorlog was rouw de allergrootste boeman in mijn leven. Confrontatie met verlies en dood begonnen al vroeg in mijn leven, maar door omstandigheden werd ik er dit jaar nog directer en persoonlijker mee geconfronteerd – mijn vader ging dood.
Dit was de stortvloed waarin mijn angst helemaal loskwam. Ik had mijn vader al eens verloren, toen mijn moeder en ik vluchtten en nu werd mijn grootste nachtmerrie opnieuw werkelijkheid. Maar nu permanent. Ik moest een wereld waarin mijn vader niet meer leeft aan zien te kunnen en dat vereiste een confrontatie met die boeman: rouw.
Ik dook de literatuur in, mijn veilige haven in vele stormen en ook nu. Ik las Francis Weller die in zijn boek The Wild Edge of Sorrow beschrijft hoe rouw een transformationeel proces kan zijn, als gezamenlijke, rituele belevenis en grondanker voor onze kwetsbare menselijkheid. Of Emma van Meyeren die in Ook ik ben stukgewaaid rouw niet probeert te overwinnen maar er een nieuwe relatie mee probeert op te bouwen.
Ook las ik over rouw in het dierenrijk. Sommigen dieren hebben daar net als mensen rituelen omheen. Olifanten, bijvoorbeeld. Die gaan langs bij het geraamte van een overleden familielid en blijven daar even staan in pure stilte, met eerbied. Soms bewegen ze heen en weer, als het ware een wake. Of de giraf die haar overleden jong toch blijft likken en schoonmaken. Er zijn zelfs aanwijzingen dat planten rouw kunnen voelen, hoewel deze onderzoeken zich in een heel vroeg stadium bevinden.
Ik zeg dit allemaal niet om dieren en planten te vermenselijken, juist het tegenovergestelde. Rouw is niet per se alleen menselijk. Het is een natuurlijk iets. Wanneer ik rouw, voel ik me verbonden niet tot iets hogers maar tot iets diepers, iets meer primair. Het doet pijn, emotioneel en fysiek. Maar het transformeert ook, en daar leg ik de focus op.
Dus vergeef me dat ik je geen gelukkig nieuwjaar wens. Ik ben aan het rouwen en geluk is ver te zoeken in deze wereld. Ik wens je wel een jaar van samenzijn toe. Een zacht jaar, voor zover mogelijk.
Liefs, Ivana Kalas redacteur |
|