Gemeenten kennen bij de vaststelling van bestemmingsplannen veel gewicht toe aan participatie en draagvlak voor die plannen. Bestuurders vinden het belangrijk dat de omgeving – omwonenden, lokale bedrijven en belangenorganisaties – betrokken wordt bij de planvorming en dat ontwikkelaars zich inspannen om voor die plannen zoveel mogelijk draagvlak te creëren. Vooral bij planologische procedures over (duurzame) energieprojecten maken veel gemeenten hun medewerking afhankelijk van participatie en draagvlak. Zij anticiperen min of meer op de Omgevingswet, waarin participatie in de besluitvorming ook een belangrijke plaats inneemt. Zie bijvoorbeeld artikel 10.2 Omgevingsbesluit: de gemeenteraad moet bij de kennisgeving van het voornemen tot het vaststellen van een omgevingsplan aangeven op welke manier de omgeving betrokken wordt in de voorbereiding van dat plan. Maar hoe ver mogen gemeenten daar in gaan? En is participatie wel hetzelfde als draagvlak? |