6. “Ik geloof in een nucleaire renaissance” Geoloog Manuel Sintubin (KU Leuven) denkt dat de berging van het hoogradioactieve Belgische kernafval in een stabiele laag diep onder de grond, goed te verwezenlijken is. Maar daarvoor moet de regering eerst keuzes durven maken. “Het belangrijkste dat al heel lang aansleept, is om het proces op te starten van de geologische berging”, zegt Sintubin in een gesprek met Business AM.
“De facto is nog altijd niet beslist wat het langetermijnbeheer gaat zijn van ons kernafval. Het is zelfs nog altijd niet beslist dát het een geologische berging wordt. In het proces dat nu bezig is, denk ik dat energieminister Tinne Van der Straeten (Groen) er toch wel werk van wil maken om finaal de knoop door te hakken op federaal niveau”, klinkt het. “Vandaar ook die bevraging die ze dit najaar gaat organiseren, een groot debat met de (onafhankelijke en pluralistische, red.) Koning Boudewijnstichting, om toch te beslissen dat we voor geologische berging gaan.” “Nu is dat afval nog de spent fuel bij Engie. Eenmaal dat dit afval overgedragen is aan het NIRAS (overheidsdienst bevoegd voor het nucleaire afval, red.) is het van ons, van elke Belg. Dan moeten wij daar iets mee doen.” “Dan moeten we dat debat opstarten en een beslissing nemen over een site”, vervolgt Sintubin. “We hebben daar nog wel voldoende tijd voor. De bouw van een bergingssite moet eigenlijk beginnen in 2050. Dan moeten we echt weten waar we het gaan doen, met welk model en welke diepte en gastformatie, enzovoort, om dan in 2070 te beginnen met het lang levende afval op te slaan. Dat is het categorie B-afval. Pas begin volgende eeuw gaan we het totaal afgekoelde hoogradioactieve afval beginnen bergen. Wat Tinne Van der Straeten ook al gecommuniceerd heeft, het is ‘de werf van de eeuw’.” Veel meer hier. Schrijf je ook in voor Energy Insider, de uitstekende wekelijkse nieuwsbrief van journalist Laurens Bouckaert. |