Aron is 13 jaar als hij de middag voor oudjaarsavond door zijn woonplaats Ridderkerk loopt. Overal om hem heen wordt al volop geknald. Een vriendje steekt een vuurwerkpijltje aan, legt het op de grond en een fractie later klinkt er een knal en gaat bij Aron, die op een meter of tien afstand staat, het licht uit. Aron huilt en schreeuwt. De pijl is in zijn oog ontploft. |