Lieve Lezer, Afgelopen jaar kreeg ik van verschillende vrienden het bericht dat zij gingen verhuizen. Niet zoals tijdens onze studententijd naar een andere buurt in Amsterdam, maar naar een andere stad. Op zich geen gekke beslissing gezien de Amsterdamse huizenmarkt nauwelijks te betreden is. Zo vertelde de paar vrienden die het wel is gelukt een appartement te kopen in Amsterdam dat je niet alleen bereid moet zijn om bizarre bedragen over te bieden, maar ook bereid moet zijn om die beslissing te maken gebaseerd op 10 minuten ‘kijk-tijd’. Die 10 minuten deel je ook nog eens met 30 andere stellen die ook allemaal al 20 keer vrij hebben genomen van hun werk om naar een bezichtiging te komen.
Als ik ergens meer dan 100 euro aan uitgeef gaat daar al meer dan 10 minuten bedenktijd aan vooraf. De hoeveelheid stress die het moet opleveren om de duurste aankoop in je leven te doen in dezelfde tijd als het koken van een hardgekookt ei lijkt mij voldoende reden de stad te verlaten. Oké bijna dan. Ik reken mijzelf nog tot de groep dromers die hoopt dat het over een paar jaar allemaal anders is. Dat de huizenmarkt bubbel t.z.t wel is gebarsten en dat klein wonen toch ook wel prima is. Nu wil ik niet het zoveelste stuk schrijven over hoe belachelijk de huizenmarkt is in Amsterdam. Dat weten we allemaal. Waar ik wel graag voor zou willen pleiten, is dat als we dan toch gaan verhuizen naar een andere plek daar meer inspraak over zou moeten zijn. Elke vriendengroep zou daarom een commissie moeten opzetten die beslist over waar men naartoe gaat verhuizen. Een van de mooie kanten van het leven in de stad is immers dat je vrienden er ook wonen. Een andere woonplaats zou wat dat betreft dus wel potentie kunnen hebben, mits je oud-studiegenoten, teamgenoten en vrienden dezelfde kant op gaan. Dus niet de één naar Rotterdam terwijl de ander teruggaat naar zijn roots in Groningen en de volgende doet alsof Brabant centraler ligt dan het doet. Nee, we kiezen met z’n allen een plek uit waar we een nieuw bestaan op gaan bouwen. Voor de mensen die als eerste vertrekken geldt dat zij de achterblijvers op de hoogte houden van hoe de nieuwe woonplaats bevalt en alvast voorwerk doen wat betreft goede scholen, leuke cafés en de ov-dienstregelingen. Voor de achterblijvers maakt het de stap een stuk kleiner hun geliefde - maar onbetaalbare - woonplaats te verlaten. Ze komen immers in een warm bad terecht en worden vanzelf gedwongen die kant op te komen want veel vrienden wonen daar al. Bijkomend voordeel is dat zo alle plaatsen in Nederland tot aantrekkelijke woonplekken kunnen worden gemaakt, zolang we maar op fietsafstand van elkaar kunnen wonen. En dat mag dan zelfs de afstand zijn van Osdorp tot aan IJburg, daar ben ik best gemakkelijk in. Liefs, Vivian Mac Gillavry Redacteur |