Lieve lezer, Op de toneelschool kreeg ik eens per week privéles van een klassiek geschoolde operadocent. De lessen gingen vooral over postuur en de docent had een indrukwekkende borstkast. Ik wilde er ook zo eentje. ‘Inademen is loslaten,’ zei de docent. De oefening werd voorgedaan: voor mijn ogen zwol een bovenlijf op als een pauw die wilde paren. ‘En om klank te maken, heb je kracht nodig vanuit je middenrif.’ Op commando draaide ik mij om, en ik voelde koude handen over mijn middel strelen richting mijn ribben. ‘Bied weerstand,’ hoorde ik, terwijl ik een shakespeariaanse zin uitsprak die maar geen einde leek te hebben. Klopt het woord ‘strelen’ in deze context? Toen ik op de toneelschool zat, was er een publiek geheim dat leidinggevenden studenten uitkozen en hen seksualiserend aanraakten. Later zouden meerderen om die reden worden ontslagen. Was het vastgrijpen van mijn borstkas dus louter een pedagogische handeling om mij iets aan te leren? Of werd mij een mysterie geopenbaard over een onderwerp waar ik als adolescent nauwelijks ervaring mee had? Bladzijdes vol rondjes, dakjes, sterretjes en dubbele strepen lagen naast me op de concertvleugel. Thuis had ik driftig die tekens boven woorden en lettergrepen gekrabbeld. Melodie, toon, inhoud – alles moest samenkomen. ‘Sluit je ogen,’ zei de docent die nog steeds mijn ribbenkast vasthield. ‘We werken aan de adem. Alleen de adem.’ Over de operadocent werd niet gesproken – evenals over de mannen die studenten verkrachtten – laat staan dat er naar de beleving van studenten werd gevraagd. Door die stilte konden werknemers van de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten tientallen jaren misbruik maken van hun machtspositie. Wanneer veranderde een onschuldig bedoelde aanraking in geseksualiseerd geweld? Wie droeg schuld aan de stilte, en wie profiteerde ervan? Waren docenten die geen overduidelijk geweld pleegden bang dat ze op het randje balanceerden? Was elke aanraking in retrospectief beladen met een door hen opgelegde seksualiteit? ‘Die zin is nog niet ten einde.’ De docent kneep opgetogen in het kwetsbare vlees van mijn zij. Ze leek plezier te hebben in leerlingen zoals ik, bij wie het allemaal niet vanzelf ging. De eerste keren schrok ik zo van het geknijp dat ik iets terug wilde doen – maar ik liet het. Zij was docent. Ik negentien. De opgelegde stilte proberen we in het komende magazine Ssst te doorbreken. Door te luisteren naar de beleving van anderen, word je niet medeplichtig en begrijp je beter wie we zijn en hoe we de maatschappij kunnen veranderen. Denk je met ons mee? Voor slechts €2,50 per maand word je abonnee. Lieve groet, Jochum Veenstra (hij /hem) hoofdredacteur |