Lieve lezer, Veel verschillende versies van deze nieuwsbrief verdwenen in de prullenbak. Ik probeerde een nieuwsbrief te schrijven over Sarajevo, de stad waar ik geboren ben en waar vorige week 32 jaar geleden de oorlog uitbarstte. Ik probeerde iets te schrijven over Gaza en hoe in Sarajevo in vier jaar ruim 10.000 mensen zijn vermoord en hoe dat dodenaantal in Gaza al binnen een maand was bereikt. Inmiddels zijn er drie keer zoveel mensen gedood. Maar dit alles voelde te beladen en ik kwam niet goed genoeg uit mijn woorden om het zo op te sturen. Daarom deel ik met jullie een gedicht dat ik vorige lente schreef. In het Vondelpark passeren mij moeders met kinderwagens, joggers met hun verbeterende gezondheid, ligfietsers. In het Vondelpark passeert mij het verleden. We zijn al weggeblazen door de explosies, onze contouren nog aanwezig in het stof. Er is niks aan de hand. Geniet van deze eerste lentedag in de stad. Weet niet dat we al dood zijn. De woorden van mijn grootmoeder echoën in mijn hoofd. Inslaan meel, pasta, tabak. Wie gelooft dat er op zo'n mooie dag bommen kunnen vallen? Het is nooit zomer tijdens de oorlog. De oorlog De oorlog De oorlog is winter. Nee. Natuurlijk kunnen mooie dagen bloederig onderbroken worden door de strijdlust van anderen. Natuurlijk is het al drieëntwintig graden en kan de bom de temperatuur verder laten oplopen. Niemand geeft er iets om dat de ekster haar pinda in de struiken verbergt. Ik dood bloemen om te drogen. Ivana Kalaš redacteur fictie |